Gepubliceerd op 11-11-2021

overvloeien

betekenis & definitie

vloeide over, h., i. overgevloeid (1 overlopen; 2 overvloed hebben van):

1 de bak is te vol, het water vloeit over; waar het hart van vol is, vloeit (of: loopt) de mond van over; z. hart; mijn hart vloeit over van dankbaarheid;
2 een land, overvloeiend van melk en honig.

< >