kortwiekte, heeft gekortwiekt; 1. de wieken korten: een kip kortwieken;
2. inz. fig. kleiner maken, beperken: iem., iems. macht, gezag kortwieken; haast zult gij wreed gekortwiekt zijn, uw vrijheid zal aan banden gelegd zijn.
Gepubliceerd op 11-11-2021
betekenis & definitie
kortwiekte, heeft gekortwiekt; 1. de wieken korten: een kip kortwieken;
2. inz. fig. kleiner maken, beperken: iem., iems. macht, gezag kortwieken; haast zult gij wreed gekortwiekt zijn, uw vrijheid zal aan banden gelegd zijn.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: