Gepubliceerd op 11-11-2021

kapittel

betekenis & definitie

o. kapittels, kapittelen, kapitteltje (Lat. capitulum = klein hoofd: 1 hoofdstuk, vooral uit de H. Schrift of de Bijbel; 2 onderwerp van gesprek; chapiter; 3 geestelijken van een dom- of collegiaalkerk; de gezamenlijke kanunniken of koorheren; 4 vergadering van kloosterlingen; 5 het bestuur der Balije van Utrecht):

1 het veertiende kapittel van Lucas;
2 het op een ander kapittel brengen;
3 het kapittel zal vergaderen;
4 in de kapittelzaal worden door het kapittel kloosterzaken besproken; zegsw. stem in het kapittel hebben, in het kapittel mede mogen spreken enz., bij uitbr. zich mogen doen gelden;
5 het kapittel bestaat uit een Landcommandeur, een coadjutor en 9 andere commandeurs.

< >