1. haaide, h. gehaaid (rumoer maken, ruzie maken).
2. haaide, h. gehaaid (Z.-N. 1 geren, scheeflopen; 2 wenden): a) die kamer haait; b) die jongen zit altijd te haaien en te draaien.
Gepubliceerd op 11-11-2021
betekenis & definitie
1. haaide, h. gehaaid (rumoer maken, ruzie maken).
2. haaide, h. gehaaid (Z.-N. 1 geren, scheeflopen; 2 wenden): a) die kamer haait; b) die jongen zit altijd te haaien en te draaien.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: