haaien
(19e eeuw) (Barg.) beroven; weggraaien. • Jij komt naar de stad, zogenaamd om betalinge te doen. Jij laat je geld thuis en gaat, onnozele buitenman als je bent, met een snol mee die je haait, uitplundert... Begrepe? (Willem van Iependaal: Polletje Piekhaar. 1935)