I. v. gulpen (golf, brede straal vloeistof, die ergens uitbarst); de wijn spatte met gulpen uit het vat.
II. v. (riviertje in Z.-Limburg): de gulp is een bijrivier der Geul.
III. Gulp, v. gulpen (opening, split); de gulp van een (verticale) broekzak; de gulp in officiers-overjassen, zakopening vóór.