Definities van Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal in de Ensie A
- Altena
- alter ego
- alteratie
- alternatief
- alterum tantum
- altesse
- altezamen
- althans
- althea
- altijd
- altijddurend
- altitudo
- altoos
- altoosdurend
- altruïsme
- altruïstisch
- altsleutel
- aluin
- aluinaarde
- aluinen
- aluminium
- alvast
- alver, alvenaar
- alvermanneke(n)
- alvermogen
- alvermogend
- alvernielend
- alvleesklier
- alvoedend
- alvorens
- alweder, alweer
- alwetend
- alwetendheid
- alwijs
- alwillensdwaas
- Alzegenaar
- alziend
- alziend-oog
- alzijdig
- amabile
- Amadis de Gaula
- amalgaam
- amalgamatie
- amalgameren
- Amalthea
- amandel
- amandelachtig
- amandelolie
- amandelpas
- amanuensis
- amarant
- amaranthout
- amaril
- amarillo
- amaryllis
- amateur
- amateur-fotograaf
- amati
- Amazone
- ambacht
- ambachtsheer
- ambachtsheerlijkheid
- ambachtshuis
- ambachtsman
- ambachtsschool
- ambachtsvrouwe
- ambassade
- ambassadeur
- amber
- amberboom
- ambidexter
- ambiëren
- Ambiorix
- ambitie
- ambitieus
- ambitionneren
- ambo
- Amboinahout
- Ambonees
- ambrosia
- ambt
- ambtelijk
- ambteloos
- ambtenaar
- ambtenares
- ambtgenoot
- ambtsaanvaarding
- ambtsbediening
- ambtsbejag
- ambtsbevoegdheid
- ambtsbroeder
- ambtsduur
- ambtseed
- ambtsgewaad
- ambtshalve
- ambtsketen
- ambtskledij
- ambtsmisbruik
- ambtspenning
- ambtswoning
