Gepubliceerd op 11-11-2021

buitengewoon

betekenis & definitie

bn., bw.; buitengewoner, buitengewoonst (minder deftig dan buitengemeen: wat van het gewone afwijkt: meer dan gewoon): buitengewone uitgaven: een buitengewoon talent: een buitengewoon hoogleraar: buitengewoon goed, zeer; zn.: niets buitengewoons.

< >