buitengewoon
buitengewoon - Bijvoeglijk naamwoord 1. van het normale afwijkend ♢ Dit was echt een buitengewone actie. 2. in hoge mate ♢ Er was buitengewone interesse voor. buitengewoon - Bijwoord * heel, erg, bijzonder ♢ ...
Nederlandstalige WikiWoordenboek
buitengewoon - Bijvoeglijk naamwoord 1. van het normale afwijkend ♢ Dit was echt een buitengewone actie. 2. in hoge mate ♢ Er was buitengewone interesse voor. buitengewoon - Bijwoord * heel, erg, bijzonder ♢ ...
Nederlands woordenboek voor onderwijs
buitengewoon - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: bui-ten-ge-woon 1. meer dan gewoon, boven het gemiddelde ♢ ze is buitengewoon mooi 2. voor een speciale groep en apart ♢ een school voor buitengew...
De Oosthoek is een Nederlandse encyclopedie die in verschillende uitvoeringen is verschenen
buitengewoon - (het accent wisselt), bn. en bw., 1. wat van het gewone, van de regel afwijkt: een man; de buitengewone uitgaven, buitengewone dienst (van de begroting), betreffende de niet jaarlijks terugkerende posten; — hoogleraar, voor vakken buiten het gewone program: — onderwijs, voor kinderen die in lichamelijk en/of geestelijk op...
Nederlands woordenboek (7e druk)
bn. bw. (...woner, -st), 1. wat van ’t gewone, van de regel afwijkt: een buitengewoon man; de buitengewone uitgaven; adjudant in buitengewone dienst; buitengewoon hoogleraar, voor vakken buiten het gewone program; buitengewoon onderwijs, voor abnormale kinderen; — als bw.: ’t is buitengewoon heet; 2. b...
Groot woordenboek der Nederlandsche taal
BUITENGEWOON, bn. bw. (...woner, -st), wat van ’t gewone afwijkt: een buitengewoon man; de buitengewone uitgaven; adjudant in buitengewonen dienst; 't is buitengewoon heet; — meer dan gewoon, ongemeen, niet alledaagsch buitengewone talenten.
Gerelateerde zoekopdrachten