o. bezwaren (1 moeilijkheid, last, beletsel; 2 bedenking):
1. een berg bezwaren; dat is geen bezwaar; de bezwaren dezer reis;
2. tegen dat voorstel had (of: opperde, maakte) men bezwaar (of: bezwaren); bezwaren indienen, klachten; bezwaar tegen beklaagde; nog: buiten bezwaar van de schatkist, zonder vergoeding door het rijk.