benaderde, h. benaderd (1 beslag leggen op goederen, wegens het ontduiken der verschuldigde belasting; 2 wisk. door het voortzetten ener berekening de waarde van iets met toenemende graad van nauwkeurigheid bepalen):
1. goederen benaderen;
2. het getal π (= pi) benaderen tot in zes decimalen; benaderde waarden, afgeronde getallen.