Gepubliceerd op 28-04-2017

Beroep

betekenis & definitie

Omdat een snob niet graag werkt en daar ook niet op is gebouwd, zullen we aan dat onderwerp niet veel woorden vuil maken. Het zou een Belgisch staatsgeheim moeten zijn wat Jeanne Cappe in Astrid, la reine au sourire schrijft: ‘Voor de Belgen was het werk altijd op de eerste plaats gekomen, want ze wisten datje door te werken vrij wordt en blijft. De koningen en de prinsen hadden het voorbeeld gegeven. Leopold ii en Leopold in waren fanatieke werkers. Albert I stond bij zonsopgang op. En prins Leopold tobde zich af met studeren en leren voor het beroep van koning.’

Werk verlaagt de mens tot de status van machine. Ook van ‘trendsetten' moet u niet uw beroep maken, al bent u nog zo’n begaafde snob. De afgelopen jaren heeft men dat op een wat al te oppervlakkige manier gedaan. Iemand gaf zelfs les in schoenpoetsen en liet het volk zo kennismaken met een vorm van snobisme (over schoenen van olifantsleer werd niet gepraat!) die verachtelijk is. U kunt het doen (nooit beroepshalve, alleen maar om de mensen een plezier te doen) als er belangstelling bestaat voor uw smaak, maar dan moet u zich er goed voor laten betalen en er ruim de tijd voor nemen. Als Nederlander of Vlaming moet u dat toch het beste weten: voor niks gaat de zon op! En die moet men met de hele mensheid delen! Maar het vak van imagoadviseur voor politici is niets voor u. U zou de dames en heren allicht voorschrijven om het kiezersvolk op een afstand te houden, om zo een dictatoriale uitstraling te krijgen. U zou geen enkele vorm van ochlocratie toestaan!

Als u geen kans ziet om aan de stress van een beroep te ontsnappen, kiest u dan een vak dat niet te vermoeiend is. U hebt geen getuigschriften nodig. En als u visitekaartjes gebruikt, laat die dan drukken zonder uw titel erop. Dat is veel stijlvoller: discreet, maar toch ter zake. Maar eigenlijk moet u die niet gebruiken. U moet ervan uitgaan dat iedereen u kent.