In 1957 is in Rome het verdrag tot oprichting van de EEG getekend. De deelnemende landen waren toen West-Duitsland, Frankrijk, Italië en de Beneluxlanden.
De belangrijkste doelstellingen waren:
- door afschaffing van de onderlinge invoerrechten en het instellen van een uniform buitentarief te komen tot een vrij goederenverkeer tussen de lidstaten;
- het streven naar een vrij verkeer van arbeid en kapitaal;
- een gemeenschappelijk beleid op het gebied van de landbouw, het vervoer enzovoort.
Van de EEG zijn behalve de bovengenoemde landen ook lid: Groot-Brittannië, Ierland, Denemarken, Griekenland, Spanje en Portugal. Momenteel worden er discussies gevoerd over de toetreding van andere Europese landen tot de EEG.
Verder kent de EEG een aantal geassocieerde landen, waaronder de meeste overige Westeuropese en een aantal ontwikkelingslanden. Deze landen genieten een voor-keursbehandeling bij de afzet van hun produkten op de EEG-markt. Tegenwoordig wordt er meestal over de EG gesproken.
