1. (= liefde), meestal gebruikt in den zin van naastenliefde en van de door de naastenliefde gewrochte werken; de vrijwillige en vrij georganiseerde hulp aan de verschillende noodlijdende lagen der Christenheid, uit bovennatuurlijke beweegredenen, n.l. de deugd van naastenliefde. De christelijke Caritas houdt rekening met de meest verschillende levensomstandigheden en beweegt zich dus op het terrein van armenzorg, ziekenverpleging, opvoeding, zedelijke verheffing (anti-alcoholisme, reclasseering, hulp aan gevallen meisjes en ongehuwde moeders), sociale verheffing (arbeiders, dienstboden, stationswerk, meisjesbescherming), godsdienstige verheffing (missiewerk, verschillende vormen van moeilijke zielzorg en → apostolaat der zee).
2. Naam van een Vereeniging van katholieke studenten-drankbestrijders in België. Zie ook Sobriëtas.