Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-11-2019

Warmte

betekenis & definitie

Vorm van energie, waarvan grooter of kleiner bedrag de oorzaak van de warmeren of kouderen toestand van het lichaam is. De mensch kan geen absolute w. waarnemen (o.a. voelen verschillende stoffen warm of koud aan naargelang hun aard), doch wel verschillen in warmtegraad. Op grond van waarnemingen kan men dan tot de conclusie komen, dat lichamen bij verwarming b.v. uitzetten, waardoor het mogelijk is, voor absolute warmtemetingen → thermometers te construeeren. Vroeger dacht men, dat de w. een vloeistof was, wat pas overtuigend weerlegd werd door de proeven van → Rumford (1778, publicatie in 1798) en Davy (1799), zoodat men tegenwoordig de w. opvat als de kinetische energie van de moleculen der stof [→ Gastheorie (kinetische); Mechanische warmtetheorie].

Wanneer een stof smelt of verdampt, wordt warmte opgenomen (latente smeltingswarmte of verdampingswarmte). Omgekeerd bij het vast- of vloeibaar worden komt er warmte vrij (sublimatie - of condensatie-warmte). J. v. Santen/v. Itterbeek.