A) In Nederland.
a) Katholieke s. In de vsch. universiteitssteden vormen de Kath. s. een het geheele studentenleven omvattenden band tusschen de Kath. studenten. Federatief zijn deze s. verbonden in de Unie van R. K. Studentenvereenigingen in Nederland, gevestigd te Leiden en opgericht te Delft in 1908.
De Kath. s. zijn: „Veritas” te Utrecht; „St. Augustinus” te Leiden; „St. Thomas Aquinas” te Amsterdam; „St. Virgilius” te Delft; „St. Albertus Magnus” te Groningen; „St. Franciscus” Xaverius” te Wageningen; „St.
Laurentius” te Rotterdam; Nijmeegsch Studentencorps „Carolus Magnus” te Nijmegen; Tilburgsch Studentencorps „St. Olof” te Tilburg en R.K. Cadettenvereeniging „St. Jgnatius” te Breda (Kon. Mil. Academie).
Als orgaan der Unie verschijnt maandelijks „De Dijk”, terwijl jaarlijks een Annuarium wordt uitgegeven. Verder geven uit de studenten te Nijmegen de; „Vox Carolina”, te Tilburg „Viking” en te Utrecht de „Vox Veritatis”.
De s. hebben wel contact met het georganiseerde Kath. jeugdwerk in Nederland, doch vormen een geheel op zich zelf staande groepeering van Kath. jongeren.
Interacademiale samenwerking is er;
Binnen de Unie: door „Interacademiales” (missie-, meisjes- en sport-interacademiale), „Gilden” (Brabantsch O. L. Vrouwe-, Limburgse!) St. Servaas- en Hollandsch St. Jeroen-gilde) en „Faculteiten”. De Gilden zijn provinciesgewijze groepeeringen met godsdienstig en gewestelijk-cultureel karakter.
De Faculteiten behartigen specifieke studiebelangen. Grooten invloed had weleer „Heemvaart”, een Kath. studentenbeweging, gericht op godsdienstige verdieping en versobering van het studentenleven.
Buiten de Unie. Alle Ned. s., tot welk doel ook bestaande, zijn vertegenwoordigd in het Ned. Comité van International Student Service, gevestigd te Leiden (zie onder). De (neutrale) faculteitenvergaderingen behartigen meer in het bijzonder de studiebelangen. Er zijn diverse sportinteracademiales, waarvan de belangrijkste die voor de roeisport, die jaarlijks den studentenroeiwedstrijd, „Varsety”, organiseert. Voor landelijke federaties van plaatselijke organisaties, zie onder.
b) Andere Nederlandsche studentenorganisaties.
Die het geheele studentenleven omvatten: Algemeene Senaten Vergadering (A.S.V.), de federatie der (neutrale) corpora van Leiden, Utrecht, Amsterdam, Groningen en Delft. Bond van Vrouwelijke Studentenvereenigingen (B.V.S.V.); Nationale Nederlandsche Studenten Federatie (N.N.S.F.), omvattend hoofdzakelijk de zgn. „unitates”, neutrale, het geheele studentenleven omvattende vereenigingen, die (in tegenstelling tot de Corpora) gemengd van samenstelling zijn en geen „ontgroening” kennen; deze drie zijn voornamelijk, doch niet uitsluitend, op verzorging van het gezelligheidsleven hunner leden gericht; Societas Studiosorum Reformatorum (S.S.R.), federatie van Gereformeerde studentenvereenigingen.
Groepeeringen met uitsluitend confessioneele, cultureele en/of politieke doelstelling: de belangrijkste ervan zijn wel: Nederlandsch Christen Studentenvereeniging (N.C.S.V.), Vrijzinnig Christelijke Studentenbond (V.C.S.B.) en de Sociaal Democratische Studenten Clubs (S.D.S.C.). Volledigheid is vanwege de schier eindelooze gevarieerdheid niet wel mogelijk.
c) Geheel los van de s. staan de R.K. Jongstudentenvereenigingen voor studeerenden aan middelbare scholen en daarmede gelijkstaande inrichtingen van onderwijs; zij omvatten alleen de mannelijke jeugd in tegenstelling met de s., die gemengd zijn. De werkzaamheid der jongstudentenvereenigingen is vooral gericht op het vacantiewerk onder de studeerende jeugd. Naast den Limburgschen Jong Studentenbond, die reeds krachtig uitgegroeid is, bestaat ook in het diocees Den Bosch een jongstudentenorganisatie, terwijl zij in andere bisdommen in voorbereiding is.
B) In België. Ongeveer 60 procent der Belgische studenten is Katholiek. In de verschillende universiteitssteden bestaat voor hen de mogelijkheid zich op drie manieren te organiseeren:
1° volgens de streek of stad hunner herkomst;
2° volgens hun studierichting, en
3° in de organisaties der Katholieke Actie, dat zijn de J.U.C. (Jeunesse Universitaire Catholique), de „Kath. Actie” en de A.U.C.A.M. (Academica Unio Catholicas Adjuvans Missiones). Eenzelfde student kan lid zijn van vsch. organisaties. Het zijn de regionale clubs, die de karakteristieke, studentikoze sfeer cultiveeren; hun leden dragen als zoodanig mutsen, petten of toga’s ter onderscheiding. Typisch Belgisch is het gebruik om ordeteekenen uit te reiken aan mede-studenten, die zich bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt voor hun vereeniging of ook, als bewijs van eer, aan niet-studenten.
Federatief zijn alle bovengenoemde vereenigingen verbonden in het Belgisch Katholiek Hoogstudentenverbond (Fédération Belge des Etudiants Catholiques, afgek.: F. B. E. C.). Afzonderlijk staan echter het Katholieke Vlaamsche Hoogstudentenverbond en de Fédération Wallonne.
Tot het eigen arbeidsterrein van de F.B.E.C. behoort het onderhouden van betrekkingen met de overheden, het bevorderen van de onderlinge samenwerking der verschillende clubs en van de relaties met het buitenland. Daartoe is zij dan ook aangesloten bij de wereldorganisatie der ➝ Pax Romana.
Verschillende stedelijke organisaties hebben hun eigen orgaan, zoowel in het Nederlandsch als in het Fransch. Interuniversitair is het orgaan van de J.U.C.: Chantiers.
Behalve de genoemde Katholieke vereenigingen zijn verder nog van belang: La Fédération des Etudiants Libéraux met afdeelingen te Brussel, Luik, Bergen en Gent; orgaan: L’Etudiant Libéral (Luik) en L’Appel (Gent); La Fédération des Etudiants Marxistes, waartoe zoowel socialisten als communisten behooren; orgaan: L’Etudiant Socialiste; het „Studentencorps”, een Gentsche neutrale vereeniging van Vlaamsche studenten; L’Association Générale des étudiants à l’Université de Bruxelles, de vereeniging der Brusselsche studiekringen op de grondslagen der vrijmetselarij; de studentengroepeeringen der Rexisten en van het Verdinaso.
C) Internationaal zijn de Kath. studenten vereenigd in de wereldorganisatie „Pax Romana”, opgericht 20 Juli 1921, gevestigd te Freiburg (Zwitserl.). Het is een federatie van de landelijke Kath. studentenorganisaties.
De voor het studentenleven meest belangrijke (neutrale) internationale studentengroepeering is de „International Student Service” (I.S.S.), ontstaan in Noord-Amerika, gevestigd te Genève; zij heeft landelijke comité’s in de meeste staten van West- en MiddelEuropa en Noord-Amerika. Haar doel is de bevordering der materieele en studiebelangen der studeerenden in breedsten zin, door onderzoekingen over en studie van universitaire problemen, hulpverleening, studentenuitwisseling en congressen. Het Ned. Comité (zie boven) had een werkzaam aandeel in de totstandkoming van het rapport-Limburg inzake het vraagstuk der universitaire overbevolking.