Mnl. hoofsche roman, uit de 13e eeuw, 4020 verzen: hoe een jong ridder, Miraudijs, door de liefde van Clarette, Walewein’s nicht, die hem tot haar ridder heeft gemaakt en hem een mouw als wapenteeken heeft gegeven, de stoutste avonturen bestaat, om zijn vader en moeder terug te vinden. Oorspronkelijk Dietsch, maar onder den invloed van Richard li Biaus.
Alleen bewaard in de compilatie van Lodewijk van Velthem. Uitg.: Berthoo M. van der Stempel (1914).V. Mierlo.