(Perdix perdix), vogel behoorend tot de hoenderachtigen. De kleur van het mannetje is als volgt: kop en hals geelbruin, bovenkop donkerbruin ; borst en rug grijs met zwarte dwarsstreepjes, van onderen een hoefijzervormige donkerbruine vlek op grijswit fond; vleugels grijsgeel met roodbruine dwarsbanden; staart bruin met geelwit; de naakte huid om het oog is rood; pooten blauwgrijs. Het wijfje is wat valer en de hoefijzervormige vlek ontbreekt. De p. blijft het heele jaar, broedt overal in onze streken.
Het nest ligt op den grond en bevat 9-15 geelachtige eieren. Voedsel: zaden en insecten. Het mannetje maakt een schor, snerpend geluid. Bernink.