Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 16-10-2019

Napelsche School

betekenis & definitie

In de muziekgesch. de naam voor een groep componisten uit einde 17e en 18e eeuw, die vooral voor de ontwikkeling van de opera van belang zijn (mooie melodieën, genaamd bel canto, en zangvirtuositeit). Recitatief werd gebruikt als verbinding tusschen aria’s, die het hoogtepunt vormden.

Tot C.W. Gluck heeft de N.S. het tooneel beheerscht; ook opera buffa is ontstaan in de N.S.

Voor kerkmuziek is opname van aria’s met wereldsche melodieën en coloratuur kenmerkend voor de N. S.

Stichter: Fr. Provenzale; verdere componisten: Al.

Scarlatti, Durante, Porpora, Feo, Leo, Greco, Vinci, Jommelli, Piccinni, Pergolesi, Paesiello, Cimarosa.Lit.: Fr. Florimo, La scuola musicale di Napoli e i suoi conservatori (4 dln. 1880-’82).

Piscaer.

< >