Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 16-10-2019

Naam

betekenis & definitie

(Ned. recht). Bij keizerlijk decreet van 18 Aug. 1811 worden degenen, die in Ned. nog geen geslachtsnaam hadden, verplicht er binnen het jaar een aan te nemen.

Bij decreet van 17 Mei 1813 werd deze termijn verlengd tot 1 Jan. 1814. Een nieuwe regeling werd vastgesteld bij K.B. van 8 Nov. 1852; nogmaals werd een termijn van zes maanden gegeven.De wet bepaalt thans, dat wettige en door den vader erkende onwettige kinderen den geslachtsnaam dragen van den vader; onwettige, niet door den vader erkende kinderen, dien van de moeder (art. 62a B.W.).

De gehuwde vrouw heeft niet het recht den geslachtsnaam van haar man te dragen zonder diens toestemming, ook al bestaat een desbetreffende gewoonte. Zulks geldt te meer voor een gescheiden vrouw. De president der Rechtbank kan haar dit in kort geding verbieden (Hof Den Haag 7 Maart 1935, Weekblad voor Privaatrecht, Notarisambt en Registratie, 1936, nr. 48, blz. 3452).

Bij het geven van voornamen aan het kind is men gebonden aan art. 1 der Wet van 11 Germinal An XI. Toegelaten zijn alleen namen, voorkomende in kalenders en van bekende personen in de oude geschiedenis (→Naamsverandering).

Degene, wiens geslachtsnaam of voornamen niet bekend zijn, kan met toestemming der koningin een geslachtsnaam of voornamen aannemen. De formaliteiten noodig voor de →naamsverandering (van geslachtsnaam) gelden ook hier. Het besluit, waarbij het verzoek wordt toegestaan, wordt ingeschreven in de loopende registers van geboorte van de woonplaats van verzoeker. Wordt het verzoek niet ingewilligd, dan kan de koningin den belanghebbende een geslachtsnaam of voornamen verleenen (art. 63, 2e lid, art. 66, 2e en 3e lid B.W.). Bronsgeest.

Belg. recht. De naam wordt bepaald door de afstamming. Behoudens de gevallen van rectificatie of van naamsverandering blijkt hij uit de geboorteakte (decreet 6 Fructidor Jaar II art. 1). De wettige en gewettigde kinderen dragen den n. van hun vader. De erkende natuurlijke kinderen dragen den n. van den persoon, die tot de erkenning is overgegaan. Wordt een natuurlijk kind door beide ouders in eenzelfde akte erkend, dan draagt het den n. van den vader.

De niet erkende natuurlijke kinderen dragen den n. van hun moeder. Het aangenomen kind draagt den n. van den aannemenden persoon; deze n. wordt aan zijn eigennaam toegevoegd (B.W. art. 347). Het geven van voornamen wordt, zooals in Ned., geregeld door de wet van 11-21 Germinal Jaar XI. Rondou.