Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 22-07-2019

Grootboek

betekenis & definitie

Grootboek - (econ.), het samengevatte overzicht over de hoofdgroepen der vermogensbestanddeelen en van het vermogen en zijn veranderingen. Soms ontmoet men het inderdaad in den vorm van een boek.

In heel veel gevallen bestaat het echter enkel uit één staat, waarop alle rekeningen voorkomen, bijv. journaal proefbalans. Van sub-grootboeken spreekt men in al die gevallen, waarin men met boeken te doen krijgt, waarin een nadere specificeering, met waardeverantwoording, wordt gegeven van groepen van vermogensbestanddeelen of groepen van vermogens veranderingen. C.

Janssens.
Grootboek der Nationale Schuld. Nederland. Om de nationale schuld definitief te kunnen vaststellen en alle verwarring en twijfel omtrent den oorsprong der oude schuld (schulden der generaliteit, der gewesten, der admiraliteit en der compagnie enz.) weg te nemen, heeft Lodewijk Napoleon in navolging van andere landen bij wet van 27 Jan. 1809 een Grootboek van Nationale Schuld ingesteld, waarin alle namen der schuldeischers van den staat en het bedrag hunner vorderingen werden ingeschreven en wel op een bepaalde wijze, in die genoemde wet omschreven.Hoe de grootboeken thans moeten zijn ingericht is bepaald bij de wet van 7 April 1913 (Stbl. 123) en in het Grootboekbesluit van 6 Aug. 1913 (Stbl. 345). De G. der Nationale Schuld worden gehouden te Amsterdam; de Algemeene Rekenkamer houdt een dubbel daarvan. Onder het opperbeheer van den min. van Financiën is de zorg voor deze g. aan een directeur toevertrouwd. Het bezwaar, aan inschrijvingen op naam verbonden, dat zij bij het verhandelen steeds op een ander moeten worden overgeschreven, is opgeheven, doordat de staat sommige bankierskantoren (administratiekantoren van de nationale schuld) bevoegd heeft verklaard certificaten aan toonder uit te geven van hun inschrijving in een der g. Houders van certificaten zijn gerechtigd zelfstandig inschrijving te vorderen in het g. tot zoodanig nominaal bedrag als in de certificaten is uitgedrukt. Bronsgeest. In België bestaan twee soorten van staatsschulden, nl. de schulden, waarvan de betaling onmiddellijk eischbaar is, en de schulden, op dewelke de staat slechts een interest uitkeert en waarvan de betaling in kapitaal voor een onbepaalden tijd wordt verdaagd. Deze schulden noemt men geconsolideerde schulden.

Zij zijn op naam of aan toonder. De oorspr. titel van de geconsolideerde schulden op naam bestaat uit een inschrijving op het Grootboek der Nationale Schuld. Alhoewel in het enkelvoud gebezigd, bestaan er in werkelijkheid meerdere grootboeken, nl. één voor ieder soort van geconsolideerde schulden op naam. De oorspr. grootboeken berusten in het min. van Financiën; duplicaten worden bewaard in het ➝ Rekenhof.

De overdracht der op het G. ingeschreven schulden geschiedt op verklaring van den schuldeischer of van diens speciaal daartoe aangestelden gevolmachtigde. Deze verklaring moet gedaan worden bij het ministerie van Financiën. De verklaring van overdracht wordt slechts aanvaard op voorlegging van het uittreksel van de inschrijving in het Grootboek. Rondou.