Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-04-2019

Bruno I (aartsbisschop)

betekenis & definitie

Bruno I (aartsbisschop) - Heilige, aartsbisschop van Keulen en hertog van Lotharingen, derde zoon van Hendrik I, koning van Duitschland, en broeder van keizer Otto I, den Grooten; * 925. ✝ 965; voor den geestelijken stand opgeleid te Utrecht, rijkskanselier en aartskapelaan, later, in 953, aartsbisschop van Keulen en in 954, na de afzetting van Koenraad, den oproerigen schoonzoon van den keizer, hertog van Lotharingen. Organiseerde de kanselarij van het rijk, steunde met alle kracht de imperialistische, anti-feodale politiek van zijn broeder Otto; bevorderde met alle macht den binnenlandschen vrede en dien met Frankrijk.

Als kerkvorst ijverde hij onvermoeid voor de hervorming van zeden bij volk en clerus en beider wetenschappelijke ontwikkeling; legde grooten nadruk op een waardig uiterlijk clericaal leven en den bloei der priesterlijke instellingen; lette bij de bezetting van bisschopszetels hoofdzakelijk op de Duitsche en kerkelijke gezindheid der candidaten. Hij stierf te Reims bij een bezoek aan Frankrijk; werd te Keulen reeds vroeg als heilige of zalige gevierd (feestdag 11 Oct.), welke vereering in 1870 voor Keulen is goedgekeurd. Wordt voorgesteld in bisschoppelijk gewaad met pallium en een kerk in de hand.

Lit.: Een levensbeschrijving van zijn leerling Ruotger in Mon. Germ. Hist. Scriptores (IV); Albert Schütte, Die Deutschen Heiligen (Munster 1923). De Schaepdrijver.