Broedmachine - Het kunstmatig broeden van eieren, reeds bij de oude Chineezen en Egyptenaren bekend, is in de laatste jaren in de kippenfokkerij bijna geheel in de plaats van het broeden door de kloek gekomen. Het is zelfs een soort industrie geworden: de kippenfokkers „broeden” zelf niet meer. maar laten dit doen in zgn. loonbroederijen of broedcentrales, of koopen zgn. ééndagskuikens of jonge kippen van 2 à 3 maanden oud.
De broedmachines worden ófwel met warme lucht, ófwel met warm water door buizen op temperatuur gebracht. Beide hebben voor- en nadeelen. De laatste zijn echter het eenvoudigst. Als warmtebron wordt meestal petroleum aangewend, soms gas, kolen of electriciteit. Voorwaarden om met succes kunstmatig te broeden zijn: goede eieren, kennis en ervaring van dengene, die de broedmachine bedient en een goede werking van de machine; dit laatste berust hoofdzakelijk op een juiste gelijkmatige temperatuur, op tijd keeren der eieren en voldoenden toevoer van frissche lucht. “Verheij ”