(ca. 335-394), heilige, kerkvader, broer van Basilius, nam op diens aandringen de bisschoppelijke waardigheid aan en werd in 371 bisschop van Nyssa. Als wijsgeer en theoloog overtrof hij de andere Cappadociërs en verwierf grote verdienste voor de speculatieve doordringing van de geloofsleer.
Hij was een van de voornaamste theologen op het concilie van Constantinopel en volkomen orthodox in de leer over de Heilige Drieëenheid en in de Christologie. Grote bewondering had hij voor Origenes.
Onpractisch van aard, was Gregorius niet voldoende opgewassen tegen de moeilijkheden, die zijn bisschopsambt meebracht. In 376 werd hij als bisschop van Nyssa afgezet, maar keerde er in 378 weer terug.
In 380 tot metropoliet van Sebaste gekozen, kon hij na enige maanden „Babylonische gevangenschap” weer naar Nyssa terugkeren. F.
V. R.