Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

ALTRUÏSME

betekenis & definitie

is in het algemeen gesproken een levenshouding welke gekenmerkt wordt door een sterke gerichtheid op en een intense zorg voor de „ander”. Deze „ander” kan dan zijn ofwel God (de „Ander”) ofwel de medemens individueel en/of in gemeenschap.

De katholieke ethiek met haar leer van de christelijke Gods- en naastenliefde is sterk altruïstisch van inslag. De Drieëne God, die alle mensen wil doen delen in Zijn innerlijk Leven, oneindig volmaakt en oneindig heilig is, en alle medemensen, die ofwel in dat innerlijk leven van de H.

Drieëenheid delen, ofwel daarin kunnen delen, zijn onze liefde waard, en God geeft ons in en door Christus de kracht om deze liefde te realiseren. Deze liefde nu zet de mens er toe aan, om aan God en aan de medemensen in de juiste orde het goede te gunnen en te bewijzen.

Bepaalde vormen van een volstrekt altruïsme wijst de katholieke ethiek echter af. Onjuist en ontoelaatbaar is een Godsliefde waarbij iedere gedachte aan en ieder verlangen naar eigen eeuwig hemels geluk wordt uitgesloten, tenminste zeker als stabiele gesteltenis.

De mens streeft immers van nature zijn eigen geluk na (en deze menselijke natuurneiging is door God in de mens gelegd) en bovendien wil God, dat wij Hem ook als ons bovennatuurlijk geluk hier en in het hiernamaals zoeken, zij het dan in een mentaliteit, die eigen geluk ondergeschikt ziet aan Gods glorie.Onjuist en ontoelaatbaar is ook een Gods- en naastenliefde waarbij men wenst persoonlijk voor eeuwig verdoemd te zijn als daardoor anderen de eeuwige aanschouwing Gods in de hemel deelachtig zouden worden. Dit verlangen naar de eeuwige verwerping is echter ontoelaatbaar omdat het insluit het verlangen om God ernstig te beledigen. Immers alleen de mens die God ernstig beledigt en in deze toestand sterft beloopt de eeuwige verdoemenis. j. v.