Margaretha Maria (1647-1690), trad in het klooster van de Visitation te Paray-le-Monial. In een tijd van Quiëtisme en Jansenisme werd zij door God geroepen om de godsvrucht tot het H.
Hart, die reeds door Mechtild van Hackeborn, Gertrudis van Helfta, Johannes Eudes e.a. lang tevoren in eigen kringen beoefend werd, tot een devotie van de gehele Kerk te maken. Jesus verscheen haar voor het eerst, toen zij bad voor het H.
Sacrament op 27 December 1673, en daarna nog verschillende malen, bij welke gelegenheden zij haar opdracht ontving en Jesus’ beloften voor hen, die Zijn H. Hart bijzonder zouden vereren.
Zij ondervond veel tegenwerking, maar had de steun van haar biechtvaders, de paters Claude de la Colombière S.J. en Jean Croiset S.J.