Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 24-02-2020

vloot

betekenis & definitie

(vlo:t) v. (vloten; -je) [~ vlieten]

I. Eig. 1. Veroud. schuit(je).
2. Uitbr.
a. Alom. verzameling van een aantal schepen : een van 100 schepen of zeilen; haringvloot.
b. Inz. geordende strijdmacht van zeeschepen : een uitrusten; de onoverwinnelijke - of → armada.

II, meestal vklw. Metf. [van I 1] bakje, kommetje : botervlootje.

< >