Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 18-02-2020

vierkant

betekenis & definitie

('vi:rkant)

I. o. (-en; -je)
1. regelmatige vierhoek : vier meter in het -.
2. Wisk. tweede macht: het van een getal.

II. bn. en bw. (-er, -st)

1. met vier kanten : een -e tafel. → gat. Tgst. rond.
2. plomp : een -e boer.
3. ronduit (sprekend) : iemand de waarheid zeggen; tegenspreken.
4. in zijn gezicht : iemand uitlachen.
5. Wisk. in de tweede macht: 9 (3 x 3 of 32) is een getal; a² (a x a) is een -e grootheid.

III. bw. lijnrecht : tegenover elkander staan.

< >