Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 18-02-2020

Tinel

betekenis & definitie

(ti'nel) (Edgar) Vlaams musicus, ° 27 maart 1854 te Sinaai, 1881 direkteur van de kerkelijke muziekschool te Mechelen, 1909 van het conservatorium te Brussel, waar hij 28 okt. 1912 ✝ ; komponeerde o. a. de kantate Klokke Roeland, het oratorium Franciscus, een Te-Deum, een muziekdrama Godelieve.

< >