m. (-en; -je) spits uitlopend iets nl.
1. spits uiteinde : de van een vinger; een land.
2. langwerpig, min of meer ruitvormig puntbrood : kersttimpen.
3. aan beide zijden spits toelopend stukje hout dat bij sommige jongensspelen omhoog- en dan weggeslagen wordt.