I. ('tijgən) (toog, is getogen) bijvorm van tiegen.
II. (’tijgən) (tijgde, heeft getijgd) [Got. teihan ~ Lat. dicere, zeggen] Veroud. ten laste leggen, gewoonlijk ten onrechte : „tijgen” komt nog voor in „aantijgen”.
Gepubliceerd op 18-02-2020
betekenis & definitie
I. ('tijgən) (toog, is getogen) bijvorm van tiegen.
II. (’tijgən) (tijgde, heeft getijgd) [Got. teihan ~ Lat. dicere, zeggen] Veroud. ten laste leggen, gewoonlijk ten onrechte : „tijgen” komt nog voor in „aantijgen”.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: