Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 18-02-2020

tekenen

betekenis & definitie

('te:kənən) (tekende, heeft getekend)

1. van een kenmerk voorzien : linnengoed –; de verkochte schapen –; wacht u voor de getekenden, voor die een bochel, rood haar enz. hebben.
2. zijn handtekening eronder plaatsen : een aanbeveling, kontrakt –; voor gezien –; ik teken met hoogachting ...; de vrede –.
3. inschrijven : voor f 5 op een lijst –.
4. in lijnen afbeelden : een landschap –; met krijt –; naar het leven, naar de werkelijkheid –; – naar de natuur, naar vlakke voorwerpen, naar voorbeelden, naar het naakt model; uit het hoofd –; hand-, lijntekenen; anatomisch, bouwkundig, illustratief –. →: kool, krijt. Syn. →: malen.
5. duidelijk te kennen geven : die feiten – de toestand; dat paard tekent niet meer, men kan niet meer aan zijn tanden zijn ouderdom zien.
6. Jacht. wild aanduiden : de patrijshond tekende door versnelde staartbeweging.
7. iemands aard, karakter duidelijk te kennen geven : dat tekent hem.
8. aanwijzen : de termometer tekent 40° C.; de peilschaal tekende 63 m + A. P.

< >