('stijl) v. (...guren) figuur, vorm, wijze van uitdrukking in de stijl.
Enc. Het aantal stijlfiguren is zeer groot. Hier volgen enkele figuren die veelal in de stijlleer besproken worden. Climax en anticlimax, herhaling of repetitie, herhaling van voegwoorden of polysyndeton, overdrijving of hyperbool en haar tegendeel verkleining of litotes, schijnbare tegenspraak of paradoks, schijnvraag of retorische vraag, tegenstelling of antitese, toespeling of alluzie, vergelijking of komparatie, verzwijging of reticentie, voorbijgang of preteritie, vooruitoppering of okkupatie, weglating of ellips, weglating van voegwoorden of asyndeton, woord-, zinsomkeer of inversie, woordspeling, zelfverbetering of korrektie.