Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 18-02-2020

Spaanse Erfopvolgingsoorlog

betekenis & definitie

('spa:nsə) m. oorlog 1701-1714 na het afsterven van Karel II. de laatste Spaanse Habsburger (1700), gevoerd tussen Lodewijk XIV van Frankrijk, die ten gunste van zijn tweede kleinzoon Filips van Anjou aanspraak maakte op de erfopvolging, en keizer Leopold I van Duitsland. die de rechten van zijn tweede zoon Karel deed gelden.

Geschiedenis.

LODEWIJK XIV werd gesteund door Beieren en Keulen en tot 1703 door Savoje (VICTOR AMADEUS II) en Portugal (PETER II): LEOPOLD I (sinds 1705 JOZEF I, 1711 KAREL VI) door Engeland (ANNA) en de Republiek der Verenigde Nederlanden (WILLEM III, sinds 1702 raadpensionaris HEINSIUS), alle drie verenigd door het Grote Verbond te ’s-Gravenhage 7 sept. 1701 getekend, waarbij zich 1703 Savoje en Portugal aansloten. De oorlog omvat drie tijdperken.

1. In het eerste 1702-1704. hielden de partijen elkander nagenoeg in evenwicht en veroverde ten Engels-Nederlandse vloot onder ROOKE en CALLENBURGH 1704 Gibraltar.
2. Het tweede is gekenmerkt door grote nederlagen aan de Fransen door MARLBOROUOH en prins EUGEEN toegebracht. In 1704 versloegen zij TALLARD en MARCHIN bij Hochenstadt. 1706 VILLLEROi bij Ramillies, hetzelfde jaar MARCHIN bij Turijn, 1708 VENDÔME bij Oudenaarde, 1709 VILLARS bij Malplaquet. In 1707 overwon BERWICK de bondgenoten bij Almanza. 3. Tijdens het derde tijdperk helde de krijgskans meer naar de Franse zijde over (1712 overwinning van VILLARS bij Denain). zodat bij de Utrechtse Vrede 11 april 1713 FILIPS van Anjou de Spaanse erfenis verzekerd bleef. Keizer KAREL VI, die zich bij de bepalingen van Utrecht niet had neergelegd, sloot 17 maart 1714 de Vrede van Rastadt, het Duitse Rijk 7 sept. de Vrede van Baden.

< >