(sjmit)
l. (Otto Ernst) pseud. Otto Ernst, Duits schrijver, ° 1862 en ♱ 1926 bü Hamburg; zijn autobiografische Semper-romans o. a. Semper der Jüngling (1908) werden eertijds veel gelezen.
2. (Wilhelm) Duits antropoloog en taalkundige, ° 1868, pater van Steil, was hoogleraar o. a. te Freiburg (2 a), waar hij 1954 ♱ ; stichtte Anthropos, internationaal tijdschrift voor volken- en taalkunde, en schreef over de Australische talen.