('schaffən) (schafte, heeft geschaft) scheppen]
1. Veroud. tot stand brengen.
2. leveren, verlenen, verstrekken: geld, hulp, raad -.
3. opdissen, voorzetten: wat de kok, de pot schaft.
4. doen, verrichten: (ergens) iets te hebben.
Gepubliceerd op 04-02-2020
betekenis & definitie
('schaffən) (schafte, heeft geschaft) scheppen]
1. Veroud. tot stand brengen.
2. leveren, verlenen, verstrekken: geld, hulp, raad -.
3. opdissen, voorzetten: wat de kok, de pot schaft.
4. doen, verrichten: (ergens) iets te hebben.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: