(‘rechtərs) mv.
1. Eig. hoofden van het Joodse volk vanaf Josue’s dood tot aan Saul, omstr. 1380-1050 v. K. : de voornaamste waren Gedeon, Jephte, Samson, Heli, Samuel.
2. Metn. oudtestamentisch boek dat hun geschiedenis verhaalt.
Gepubliceerd op 13-02-2020
betekenis & definitie
(‘rechtərs) mv.
1. Eig. hoofden van het Joodse volk vanaf Josue’s dood tot aan Saul, omstr. 1380-1050 v. K. : de voornaamste waren Gedeon, Jephte, Samson, Heli, Samuel.
2. Metn. oudtestamentisch boek dat hun geschiedenis verhaalt.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: