I v. (raas, -'s; raatje) [~ Dui. ra(gen), uitsteken] lang rond dwarshout aan een ➝ mast, waaraan een zeil is bevestigd: de matroos staat op de -; zijn is lam geschoten, zijn kracht, zijn energie is gebroken.
II. verkorting van raad: -, -! wat is dat?
III. Ra = Re.