(tekende op, heeft opgetekend) nauwkeurig opschrijven: posten in een kasboek -. Syn. ➝ aantekenen.
optellen ('op) (telde op, heeft opgeteld)
1. bijeen-, samentellen: een rekening -.
2. achtereenvolgens opnoemen: al die gevallen kan ik niet iemands verdiensten -.