(ont’wikkəlings) v. leer volgens welke de hogere organismen uit lagere zijn ontstaan. Syn. evolutieleer.
Enc. Volgens de ontwikkelingsfeer zouden de hoogste geestelijke werkzaamheden van de mens als abstraheren, denken, langzamerhand uit lagere vormen van het zieleleven bij planten en dieren ontstaan zijn; strijd om het bestaan, selektie, overerving, aanpassing, gewoonte hebben de mens gemaakt en maken hem nog tot wat hij is; wijzig dus de omstandigheden, en gij kunt de mens op voeden tot de hoogste hoogte; de mens doorloopt van kind tot volwassene, dezelfde ontwikkeling die het menselijk geslacht van het begin der tijden tot op heden achtereenvolgens heeft doorgemaakt. Lamarckisme en darwinisme zijn verschillende vormen van de ontwikkelingsleer.