Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 12-02-2020

ondergang (ondergaande zon)

betekenis & definitie

(‘ondər) m. (-en)

1. Eig. het ondergaan (I 1): de der zon
2. Metf. het te gronde gaan: hij weigerde nog langer tot werktuig van Vlaanderens te dienen; de of zijn nabij zijn; iemand ten brengen, met bedreigen; iemands zweren, verhaasten. Syn. val.

< >