('na:) (volgde na, heeft en is nagevolgd)
1. als aanhanger volgen : de apostelen volgden Jezus na ; iemands voetstappen -.
2. naar iemands voorbeeld handelen : Jezus -; iemands roemrijke daden -; na te volgen voorbeelden ; een dichter, schilderij -. Syn.→ naäpen. [schreven : -e punten, werken.