Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 12-02-2020

monotype

betekenis & definitie

(mono'tipə) v. (-n, -s)

1. [type, drukletter] letterzetmachine die losse letters levert en giet. Tgst. linotype.
2. [type, drukplaat] plaatdruk waarbij het negatief slechts éénmaal wordt overgedrukt en daarna onbruikbaar gemaakt.

Enc. De monotype (1) bestaat uit twee delen, een schrijf toestel en een giettoestel. Door het aanslaan der lettertoetsen van het klavier wordt een voor iedere letter afwijkend gaatje in een aflopende en zich weer oprollende papierstrook gestoken. Deze strook wordt in het giettoestel gebracht die de aan de gaatjes beantwoordende letters giet. Men kan de papierstrook bewaren om daar later weer hetzelfde zetsel van te vervaardigen.

< >