Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 12-02-2020

Metellus

betekenis & definitie

(me'tellus)

1. Macedonicus, Romeins konsul en pretor, versloeg Andriskos en heroverde Macedonië 148 v. K.
2. Numidicus, Romeins konsul, neef van (1). versloeg 109 v.K. Jugurtha, ✝ 91 v. K.
3. Scipio, schoonvader van Pompejus, aanvoerder der pompejanen bij Thapsus, waar hij 46 v. K. door Caesar werd overwonnen, pleegde zelfmoord.

< >