Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 12-02-2020

Manen (myth., persoon)

betekenis & definitie

I.

('ma:nən) mv. Rom. Myt. geesten der afgestorvenen.

II. (‘ma:nən) (Willem Christiaan van) Nederlands godgeleerde, o 8 aug. 1842 te Noordeloos, hoogleraar te Groningen en te Leiden, waar hij 12 juli 1905 ✝ ; aanhanger der radikale Hollandse School, schreef o. a. Het Nieuwe Testament sedert 1859.

< >