(‘lu:tәr) (Maarten) grondlegger van het Duitse protestantisme, ° 1483 te Eisleben, trad 1505 in de augustijnenorde te Erfurt, werd 1507 priester, 1508 hoogleraar te Wittenberg, waar hij 1517, naar aanleiding van de prediking van de aflaat door paus Leo X ter voltooiing van St.-Pieterskerk uitgeschreven, zijn 95 stellingen aan de slotkerk aanplakte; verbrandde 1520 de tegen hem uitgevaardigde pauselijke banbul, verdedigde zich 1521 op de Rijksdag te Worms en onttrok zich aan de rijksban door zijn verblijf op de Wartburg, waar hij zijn bijbelvertaling begon; keerde 1522 naar Wittenberg terug om de Beeldenstorm te dempen, legde 1524 de monnikspij af, huwde 1525 met Catharina von Bora en ♰ 1546 te Eisleben. Door zijn bijbelvertaling werkte hij machtig vormend op de Duitse schrijftaal; zijn kerkliederen o. a.
Eine feste Burg ist unser Gott, zijn vol innigheid en kracht.