Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

luchtpomp

betekenis & definitie

('lucht) v. (-en)

1. pomp om de lucht uit een afgesloten ruimte zoveel mogelijk te verwijderen.
2. pomp om lucht in luchtbanden, voetballen enz. te pompen.

Enc. De luchtpomp bestaat uit een cilinder C waarin een zuiger Z op en neer kan worden bewogen.

Deze cilinder is door de zuigbuis ZB verbonden met de klok K waaruit men de lucht wil pompen. De zuiger is van een klep K1 voorzien, en de zuigbuis is van de cilinder door klep K2 afgesloten. Beide kleppen worden door een druk van onderen geopend en door een druk van boven gesloten. Wordt de zuiger, terwijl kraan Kr geopend is, naar boven bewogen, dan verspreidt zich de lucht uit K tot in C, nadat de luchtdruk K2 eerst geopend heeft. K1 blijft door de druk der buitenlucht gesloten. Wordt nu de zuiger naar beneden bewogen, dan sluit zich K2, terwijl K1 opengaat en de lucht hierdoor ontsnapt. Bij het weder naar boven bewegen van de zuiger, herhaalt zich telkens hetzelfde, totdat de lucht zoveel mogelijk uit K is weggepompt, want een volledig luchtledig kan in K niet ontstaan.

< >