Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

Lodewijk Filips

betekenis & definitie

koning der Fransen 1830-1848, ° 1773 te Parijs, zoon van Filips, hertog van ➝ Orléans, werd tijdens de Franse Revolutie jakobijn en generaal onder Dumouriez, vluchtte met deze in 1793 en leefde tot 1815 in Zwitserland, Amerika, Rusland en Engeland. Door de Juliomwenteling kwam hij 1830 aan het bewind (Julimonarchie), steunde 1831 de Belgische Opstand, was overigens vredelievend en bevorderde de liberale burgerij.

Opstanden der legitimisten (Hertogin van Berry), bonapartisten (Karel Lodewijk Bonaparte), socialisten (Fourier, Saint-Simon, Blanqui, Blanc) en republikeinen (Barbès) werden beteugeld, doch zijn tegenstand tegen de kiesrechtsuitbreiding leidde 1848 tot de Februariomwenteling en de troonsafstand van Lodewijk Filips, die de wijk nam naar Engeland en aldaar 1850 †. Eersteministers: Laffitte, Périer, Soult, Molé, Thiers, Guizot. Onder zijn regering werd Abd el Kader in Algerië onderworpen.

< >