I. m. (-s; -tje)
1. Eig. hij die kaapt, inz. zeerover, vrijbuiter: er zijn -s op de kust, er is onraad, er zijn mededingers.
2. Metn. kaperschip.
II. v. (-s; -tje) [msch. ~ kap] vrouwen- of kinderhoofddeksel: een wollen -.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: