(effek'ti:f)
I. bn. (...tieve) en bw.
1. werkelijk, wezenlijk : in ...tieve dienst; waar.
2. van betekenis : ...tieve stukken.
II. o. (...tieven)
1. Hand. werkelijk aanwezige hoeveelheid geld.
2. Mil. aantal manschappen in werkelijke dienst: het van een leger.